We begeven ons in spannende tijden. De technologische vooruitgang gaat in een alsmaar versnellend tempo door, welke ons in allerlei gemakken voorziet. De keerzijde is echter dat dit vaak ten koste gaat van ons milieu. Je zou haast kunnen zeggen dat we moeten stoppen met deze technologische ontwikkelingen.
Wij zijn echter van mening dat al deze technieken en kennis ons de mogelijkheid geven om weer één te worden met onze omgeving. In plaats van natuurlijke kringlopen negatief te beinvloeden. Neem bijvoorbeeld het aloude gevecht van de Nederlanders tegen het water. We bouwen dijken om ons te verdedigen tegen de grillen van de zee. Onze kustverdediging heeft een groot veiligheidsprobleem opgelost, maar tegelijkertijd andere problemen gecreëert. Stankoverlast door rottende zeesla, mosselen die te mager zijn om te verkopen en zoet water dat door hoge algenconcentraties te giftig is om landbouwgrond mee te besproeien. Dit is slechts een greep uit de onvoorziene gevolgen op waterkwaliteit en ecologie in de zuidwestelijke delta.
Inmiddels wordt er bij kustbeheer steeds vaker samengewerkt met de natuur, ook wel dynamisch kustbeheer genoemd. Hiermee wordt de natuurlijke dynamiek teruggebracht in het systeem. Zo wordt bijvoorbeeld door zandsuppletie in de kust van het duingebied het achterliggende duingebied via verstuiving door de wind verhoogd. Dit heeft niet alleen ecologische voordelen voor het duingebied, maar maakt het ook veerkrachtig tegen de zeewaterspiegelstijging. Uit onderzoek van de Wageningen Universiteit blijkt dat niets doen bij duinonderhoud geen invloed heeft op de veiligheid. De natuur doet het dus, met een klein beetje hulp, bijna helemaal zelf.
Deze oude strijd tussen mens en natuur zien we ook bij onze voedselproductie. De huidige landbouw is er op ingericht om op een zo efficiënt mogelijke manier voedsel tegen een zo laag mogelijke prijs in de winkel te krijgen. En ook dit gaat helaas vaak ten koste van het lokale milieu. Wij zien nieuwe mogelijkheden om voedsel op grote schaal te produceren zonder dat dit ten koste gaat van het milieu, oa met een voedselbos. Maar deze nieuwe vormen van voedselproductie zijn compleet anders dan het huidige. Er is dus een omslag nodig van het huidige landbouwsysteem naar een nieuw systeem. Wij spreken ook boeren die deze omslag wel wíllen maken, maar dat het economisch gezien niet mogelijk voor hen is. Er moet dus gepioneerd worden om de grote voordelen van deze manier van voedselproductie bij een groter publiek bekend te maken.En pas als de maatschappelijke druk hoog genoeg is, zal de omslag gemaakt kunnen worden.
Het aanleggen van een voedselbos vergt wel enige jaren tot er een goede oogst gehaald kan worden. Deze investering van tijd en arbeid doet PlukN graag, maar heeft daar wel hulp bij nodig. PlukN zoekt een partner om samen dit ideaal na te streven. Een partner waarvan wij een stuk grond kunnen pachten, en vanwege de idealen het stuk grond ook permanent hiervoor wil inzetten. Maar welk stuk grond is nou geschikt? Op de grens tussen huidig natuurgebied en regulier agrarisch gebied zou een ideale locatie voor PlukN zijn. Er ontstaat dan namelijk een buffer tussen de 2 gebieden die normaal gesproken vaak tegenover elkaar staan. Ook zal het voor onze educatieve doelstellingen ideaal zijn. We kunnen dan namelijk aan onze bezoekers laten zien dat onze ene buur de traditionele voedselproductie doelstellingen heeft, de andere buur natuurdoelstellingen, en wij willen deze twee werelden met elkaar combineren.
Dus naast dat wij druk zijn met markten bezoeken voor o.a. onze crowdfunding, ligt onze focus vooral op het vinden van een stuk grond! Dus heb jij ideeën of tips hiervoor? Dan horen wij dat natuurlijk graag 😉